The man I hate to love

Ze zijn er in overvloed, ‘people we love to hate’, vaak slechteriken in soaps, maar soms ook mensen uit onze eigen omgeving die zo onsympathiek zijn dat het een zekere deernis in ons oproept. Ik heb last van het omgekeerde: iemand ‘I hate to love’. Het is (toch fijn dat je tot zover bent blijven lezen…) Mart Smeets. Elke avond stem ik steevast af op de Avondetappe. Sterker nog: ik neem elke aflevering op. En steeds weer erger ik me mateloos aan de nikserigheid, de ouwejongenskrentenbrood-cultuur en de ‘ik loop al een tijdje mee’-borstklopperij van, zoals een criticaster hem ooit noemde in het programma Hoge Bomen, ‘Moi Smeets’.
‘Wat is het toch, wat is het toch?!’, vraag ik mij steeds af als ik zijn beeldvullende gestalte in hip overhemd amechtig om zich heen zie kijken, pedant wachtend op een antwoord op een vraag die geen vraag was. Vragen als “Was dit niet het allermoeilijkste moment in je loopbaan?” of “Jij maakt je nooit ergens druk over, toch?!?” Vanavond, tijdens één van de zeldzame momenten dat ik mij kon losrukken uit de kwaadaardige houdgreep van de man met het wijze brilletje – niet dat hij judoka was, hoor. Hij heeft gebasketbald. Vroeger. Hééél hoog gebasketbald – maar tijdens één van die momenten dus, bedacht ik het: Smeets is een sfeerbeeldnazi.

Iemand heeft Mart (mag ik Mart zeggen? Ja, dat mag ik want we kennen elkaar al – hoe lang zou het zijn? Dik 40 jaar denk ik. Nou nou) wijsgemaakt dat hij beelden moet oproepen. Dat hij, nu hij niet meer geforceerd enthousiast met een paar Franse woordjes tussendoor etappewinnaars over de finishstreep braakt vanuit een commentaarhokje, als een bezetene moet lopen ‘framen’.

Natuurlijk is de man stuurloos, nu hij niet meer in een niet-voor-epileptici-geschikte gebreide wollen trui, met een sjaaltje om, naast de ‘Pake’ der Orakels Henk Gemser mag zitten luisteren naar gemserismen als ‘het wordt nieuwsgierig om te zien hoe het verder gaat!’ Maar dat is toch geen excuus om je gasten antwoorden te stellen in plaats van vragen? Juist hij moet toch weten dat er maar twee mensen in Nederland zijn aan wie je antwoorden kunt stellen? En zelfs de broertjes De Boer riepen destijds verontwaardigd “Op zulke antwoorden geef ik geen vragen!”

Is hij te oud? Nee, hij is niet te oud. Niemand is te oud voor televisie. Sterker nog, laat Koos Postema dit programma nou gewoon presenteren! Hij is te veel. Het is té Smeets. De man, daar ben ik heilig van overtuigd, wil goede televisie maken. Het draait niet om hemzelf. Kom op, hij is geen Jack-“Ik sprak Johan laatst”-Van Gelder. Maar de man is zo godvergeten eigenwijs, zo overtuigd dat hij al pokkend en mazelend wéét hoe je televisie (hij noemt het weleens abusievelijk ‘journalistiek’) maakt, dat hij programma’s zo aan elkaar lult als hij ze zelf graag zou zien. En dat is niet goed. Want Mart is uniek, en zijn smaak helaas ook.

Een gedachte over “The man I hate to love

Laat een reactie achter op Samantha Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *